Het boek bevat een drietal onderdelen:

– een theoretische onderbouwing van het ontwerpproces in architectuur echter ook in andere kunstvormen.
– deze theorie wordt geïllustreerd middels een 70 – tal projecten uit het eigen oeuvre.
– toekomstmuziek: enkele vakgebieden worden uitgelicht/ hoe kan het anders en vooral hoe kan het beter.

1. Ontwerpproces.
Een beschrijving hoe verschillende componenten acteren in en langs en door het denkproces van de ontwerper.
2. Verantwoording.
Wat zijn de beweegredenen om het ” gevoelsleven ” te openen.
3. Programma.
Hoe dient de ontwerper een beschrijving of een programma te kneden tot een bruikbaar ” tool “.
4. Locatie.
Een gegeven of een fictieve locatie dient te worden uitgebeend tot op het bot om alle mogelijkheden volledig en optimaal te kunnen benutten.
5. Ziel.
Op welke wijze boort de ontwerper zijn inspiratiebron aan om de “bezieling ” aan het ontwerp te geven.
6. Transformatie.
In feite is de transformatie de specifieke ontwerptheorie.
Hoe wordt het programma, de locatie en de ziel omgevormd naar een performance.
7. Performance.
Het uiteindelijk resultaat is hèt communicatiemiddel bij uitstek.
8. Kwaliteit.
Is kwaliteit van een ontwerp meetbaar ?
9. Persoonlijke ontwerpfilosofie.
Hier worden de persoonlijke inspiratiebronnen aan de orde gesteld.
10. Toekomstmuziek.
* Weg met Welstand.
Na 8 jaar welstandslid en bouwmeesterschap maar ook als ontwerpend architect is dit een spannnend statement.
* Naar een nieuwe ” Wet Ruimtelijke Ordening.”.
Onze huidige wetgeving is totaal vastgelopen en speelt op geen enkele wijze meer in op de steeds sneller veranderende maatschappij.
* Stokpaardje.
Een beschrijving van een Cradle 2 Cradle project in Venlo.
* Mijmeringen.
Tuigen we onze ecologische kerstboom niet teveel op of zijn er andere mogelijkheden ?
11. Curriculum Vitae.